Tuchtcollege Den Haag haalt inschrijving arts BIG-register door
Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Den Haag heeft op 27 oktober 2015 uitspraak gedaan in de klacht van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) tegen een arts, voormalig internist, die uitbehandelde patiënten in de reguliere oncologische zorg behandelde met een experimenteel geneesmiddel dat niet eerder op mensen is toegepast en niet in Nederland is geregistreerd.
Het Tuchtcollege acht de behandeling door de arts in diverse opzichten onder de maat. De arts heeft de behandelingen verricht en medicatie bereid buiten het terrein van zijn eigen kennen en kunnen. Hij werkte niet of in onvoldoende mate samen met ter zake wel deskundige artsen. Ook informeerde hij hoofdbehandelaren van zijn patiënten niet over de experimentele behandeling.
De arts heeft zijn patiënten onjuist en onvolledig voorgelicht over onder meer de effectiviteit van de behandeling en de risico’s daarvan. Door de gebrekkige dossiervoering was het niet mogelijk inzicht te krijgen in de mogelijke (positieve en negatieve) effecten van de behandeling. De borging van de kwaliteit en de veiligheid van de experimentele behandeling was dermate gebrekkig dat deze zo niet mocht en mag worden uitgevoerd.
Bij het opleggen van de doorhaling heeft het College de gebrekkige wijze van de uitvoering van de behandeling, de vrees voor herhaling, de ernstige en schadelijke bijwerkingen die de behandeling kan hebben voor de zeer kwetsbare patiëntengroep en het feit dat ieder (objectief) inzicht in de effectiviteit van de behandeling ontbreekt, meegewogen.
De volledige uitspraak is gepubliceerd op tuchtcolleges-gezondheidszorg.nl en tuchtrecht.nl.