Onbekwaam chirurg mag nooit meer opereren
Het Regionaal Tuchtcollege in Zwolle oordeelt dat een voormalig chirurg nooit meer mag opereren. In zijn tijd als algemeen chirurg voerde hij bij twee patiënten complexe operaties uit aan de aorta zonder daarvoor voldoende te zijn opgeleid. Hij had die ingrepen nooit mogen uitvoeren. De patiënten zijn na de operaties overleden. De arts heeft zich uitgeschreven uit het BIG-register. Mocht hij zich weer inschrijven, dan mag hij geen operaties meer uitvoeren.
Chirurgisch klungelwerk
Het tuchtcollege rekent deze zaken de chirurg ernstig aan. Volgens het college was de arts zich bewust van zijn eigen onvoldoende bekwaamheid en dichtte hij zichzelf toch de bevoegdheid toe om complexe vaatchirurgische ingrepen te verrichten. Naar het oordeel van het college moeten de fouten die hij bij de ingrepen maakte worden aangemerkt als chirurgisch klungelwerk. Het college houdt geen rekening met verzachtende omstandigheden omdat het college met deze maatregel de kwaliteit van de individuele gezondheidszorg bewaakt en niet de chirurg straft.
Onkundige operaties aan aorta
De klachten in de zaken van twee patiënten zijn grotendeels gegrond. Bij de ingreep aan een patiënt wegens een gescheurde aorta was sprake van onkunde. Bij een andere patiënt was sprake van een operatie aan de aorta, waarbij het ziekenhuis niet was uitgerust voor de nazorg voor een patiënt met die aandoening. De chirurg had de patiënt direct moeten doorsturen naar een ziekenhuis dat die zorg wel zou kunnen bieden.
Operaties niet mogen uitvoeren
De bevoegdheid van een arts, dus ook een chirurg, strekt niet verder strekt dan zijn bekwaamheid. De chirurg miste de ervaring voor aortaoperaties. Het schortte aan zijn opleiding voor wat betreft complexe vaatchirurgie. Hij had de ingrepen daarom niet mogen uitvoeren.
Gebrekkige dossiervoering
Ook de klacht over de gebrekkige dossiervoering verklaarde het tuchtcollege gegrond. De chirurg schoot tekort in de dossiervoering. Op grond van de dossiers was het handelen van de arts nauwelijks te toetsen. Operatieverslagen ontbraken.
Het laatste klachtonderdeel ziet er volgens de Inspectie voor de
Gezondheidszorg op dat de chirurg de volgens hem gebrekkige organisatie van de
zorg in het Drentse ziekenhuis aan de orde had moeten stellen. Op grond van de
verklaring van een getuige betreffende de organisatie en de overlegstructuren in
het ziekenhuis heeft het college dit klachtonderdeel afgewezen.
Deze maatregel is nog niet onherroepelijk.