Tandarts mag geen orthodontie meer uitvoeren
Eindhoven – De tandarts heeft de zoon van klagers behandeld. Zij dienden daarover een klacht in bij het Regionaal Tuchtcollege Eindhoven, dat de klacht gegrond verklaart.
Reden klachten
Bij de zoon was een gebitscorrectie nodig. Door de tandarts werd bij hem daarvoor een beugel met brackets (slotjes) geplaatst. Klagers verwijten de tandarts dat hij vooraf geen behandelplan heeft opgesteld, dat hij niets met hen heeft overlegd en dat hij een verkeerde behandeling heeft toegepast.
Standpunt tandarts
De tandarts vindt dat hem niets te verwijten valt. Hij heeft drie opties besproken, waarvan er volgens hem eigenlijk maar één mogelijk was. Een kaakoperatie was wel een mogelijkheid, maar dat vindt de tandarts zielig bij een kind van zestien jaar. De tandarts is verder van mening dat hij geen slecht werk heeft geleverd en ontkent dat hij brackets op de verkeerde tanden heeft geplaatst.
Oordeel tuchtcollege
Het college verklaart de klacht gegrond. De tandarts heeft gehandeld in strijd met de voor hem geldende professionele standaard.
De tandarts heeft klagers en hun zoon namelijk niet goed geïnformeerd over de verschillende behandelmogelijkheden; de tandarts had onder andere de mogelijkheid van een kaakoperatie moeten bespreken. Ook heeft de tandarts geen behandelplan opgesteld; er staat geen behandelplan op papier en ook in het dossier van de zoon ontbreekt een behandelplan.
Verder staat vast dat de tandarts brackets op de verkeerde tanden heeft geplaatst, de bracket op één van de tanden verkeerd (scheef) heeft geplaatst en teveel lijm gebruikte. Het college acht ten slotte de kans op succes van de toegepaste behandeling erg klein.
Opgelegde maatregel
De behandeling had niet de kaakafwijking van de zoon kunnen oplossen, de behandeling is verkeerd toegepast en de tandarts heeft zijn informatieplicht en dossierplicht geschonden.
Het ging hier om een ingewikkelde situatie, waarbij het daarvoor vereiste inzicht bij de tandarts ontbrak en nog steeds ontbreekt. De tandarts heeft verder verkeerde, niet vakinhoudelijke overwegingen gebruikt bij zijn keuze voor de behandeling. Chirurgisch ingrijpen bij een kind van zestien is, als dit de enige/beste manier tot het gewenste resultaat is, niet zielig, maar juist zeer wenselijk. Het baart het college grote zorgen dat de tandarts dit soort afwegingen maakt. Het college weegt ten slotte mee dat de tandarts geen enkel inzicht heeft getoond in zijn handelen.
Dit alles zorgt ervoor dat het college er onvoldoende vertrouwen in heeft dat hij in de toekomst het vak orthodontie op bekwame wijze zal uitoefenen. Het college zal de tandarts daarom de bevoegdheid ontzeggen om als tandarts orthodontische behandelingen uit te voeren.
De volledige (geanonimiseerde) beslissing staat op tuchtrecht.nl.