Diagnose longkanker gemist maar toch niet verwijtbaar gehandeld
Het tuchtcollege Amsterdam behandelde een klacht over een internist-intensivist die werd ingediend door de weduwe van de overleden patiënt.
Wat was er aan de hand?
Een internist-intensivist krijgt een patiënt op zijn spreekuur met pijnklachten op de borst en laat onderzoek verrichten. De lab-uitslagen, de uitslag van het cardiologisch ECG-onderzoek en de door een radioloog beoordeelde CT-scan geven geen verklaring voor de pijnklachten van de patiënt.
Omdat de pijnklachten verder waren toegenomen heeft de arts een PET-scan aangevraagd. De arts deelt de patiënt mee dat er geen bijzonderheden op de Pet-scan zijn te zien en verwijst naar de pijnpoli.
De patiënt vraagt een second-opinion en daar blijkt dat de eerder gemaakte PET-scan juist sterke aanwijzingen geeft voor longkanker. Als de arts dit te horen krijgt van de second-opinionarts belt hij direct met de patiënt om hem dit mee te delen. De patiënt overlijdt niet lang hierna aan longkanker.
De klacht
Hoe kon de arts de alarmerende uitslag van de PET-scan missen? Dat is ook de belangrijkste klacht van de weduwe van de patiënt: De arts had zelf de schriftelijke uitslag van de scan moeten zien en had zijn praktijk zo moeten organiseren dat dit soort cruciale fouten niet kunnen worden gemaakt.
De arts verweert zich door te stellen dat hij telefonisch foutief op de hoogte is gesteld van de uitslag. De latere schriftelijke uitslag van de scan heeft hij niet meer gezien.
Wat vond het college?
Het college vindt dat de arts, nadat hij de patiënt had gesproken, niet nog op zoek hoefde te gaan naar de brief met de uitslag van de PET-scan, omdat hij de uitslag reeds telefonisch had vernomen.
Dit geldt ook voor het niet openen van het tabblad in het EPD waar uitslagen worden opgeslagen. Dat de arts niet altijd de schriftelijke uitslag te zien krijgt is hem niet te verwijten, maar het ziekenhuis.
De werkwijze is inmiddels aangepast. De arts heeft met de informatie die hij had het juiste gedaan. De nazorg had mogelijk wel beter gekund. De conclusie is dus dat de arts, ondanks de aanvankelijk gemiste diagnose, geen verwijt kan worden gemaakt.