Voorwaardelijke schorsing verpleegkundige voor relatie met patiënt
Eindhoven – De Inspectie voor de Gezondheidszorg en Jeugd diende een klacht in tegen de verpleegkundige omdat zij tijdens de behandelrelatie een seksuele relatie met een cliënt is aangegaan. Het tuchtcollege verklaart de klacht gegrond en legt de verpleegkundige een voorwaardelijke schorsing van zes maanden op met een proeftijd van twee jaar.
Reden klachten
De verpleegkundige was bij een instelling werkzaam op de afdeling Forensisch Klinische Zorg. Zij was de persoonlijk begeleider van een cliënt die daar was opgenomen. In 2019 heeft de inspectie een melding van de instelling gekregen dat er sprake van (seksueel) grensoverschrijdend gedrag van de verpleegkundige naar deze cliënt toe. Na onderzoek van de inspectie was de conclusie dat er sprake was van een situatie die erg bedreigend kon zijn voor de veiligheid van patiënten en de zorg.
Standpunt verpleegkundige
De verpleegkundige heeft toegegeven dat zij grensoverschrijdend gedrag heeft vertoond en de beroepscode heeft overtreden. Volgens de verpleegkundige heeft ze daarna de goede maatregelen genomen. Zij heeft hulp gezocht en heeft met een psycholoog het incident en haar grensoverschrijdend gedrag besproken. Daarna is ze met een psycholoog verder gaan werken aan het voorkomen van grensoverschrijdend gedrag, het herstellen van balans in haar leven en aan haar depressiviteit. Deze behandeling heeft haar geholpen. Ook heeft ze haar huidige werkgever verteld wat er is gebeurd.
Oordeel tuchtcollege
Vast staat dat de verpleegkundige tijdens een behandelrelatie een seksuele relatie heeft gehad met een cliënt. Dat is in strijd met de regels die voor een verpleegkundige gelden. Voor de veiligheid van cliënten en patiënten is het noodzakelijk dat een zorgverlener zich houdt aan deze regels. Bij de cliënten/patiënten van een psychiatrisch verpleegkundige is dat nog belangrijker omdat zij extra kwetsbaar zijn. Dit betekent dat de klacht gegrond is.
Opgelegde maatregel
Uitgangspunt is dat het college hiervoor een zware maatregel oplegt; ten minste een voorwaardelijke schorsing. Het college weegt mee dat de verpleegkundige heeft erkend dat zij een relatie met een cliënt heeft gehad, dat ze weet dat ze dit niet had moeten doen en dat ze er spijt van heeft dat dit niet goed is geweest voor de cliënt. Het college vindt het verder belangrijk dat de verpleegkundige bij haar huidige werkgever alles eerlijk heeft verteld. De verpleegkundige kan dus naar haar handelen kijken en zich ontwikkelen. Het college denkt dat de kans op herhaling klein is.
Alles bij elkaar genomen, is besloten de verpleegkundige een voorwaardelijke schorsing van een half jaar op te leggen. De beslissing zal worden gepubliceerd in de Staatscourant en worden toegestuurd aan het tijdschrift Nursing met het verzoek de beslissing ook daarin te publiceren.
De volledige uitspraak zal worden gepubliceerd op www.tuchtrecht.nl en tijdelijk op deze website.